Schijnheiligheyt. / de veinser afgerecht, om met 't gesicht te liegen,/ die innerlijck een wolf, aan 't volk een lam geleek, / hoort ydel naarstigh, als een heiligh elcken preek. / men kan den mensch, maar god 't hart siende niet bedriegen / 2 thimot. 3. 5. / die daer hebben eenen schijn des godsaligen levens, maer sijn kracht versaken zij, van alsulcke keert u. / lieven van coppenol scripsit. / aetatis suae 64 anno. 1662 jan six van chandelier. Coppenol1
Loading...